Jesaja
2-3-4-8-16-19-27-45-53-66
Attentie:
In deze studie wordt vooral volgens het gematriabeginsel
geredeneerd.
Jesaja 2
Jesaja 3
Jesaja 4
Jesaja 8
Jesaja 16
Jesaja 19
Jesaja 27
Jesaja 45
Jesaja 53
Jesaja 66
Jesaja 2
GW 9466 ≈≈ Mt 15:12 >> Toen kwamen
de leerlingen naar hem toe en zeiden: Weet gij dat de
Farizeeën bij het horen van uw woorden er aanstoot aan hebben genomen?
En
Lk 7:31 >> Met wie daarom zal ik de mensen van
dit geslacht vergelijken en aan wie zijn zij gelijk?
GW 6071 ≈≈
GW 11410 ≈≈
Hn 25:15 >> En toen ik in Jeruzalem was, dienden de overpriesters en de
oudsten der Joden een aanklacht aangaande hem in, met het verzoek hem
te veroordelen.
En ook Ef 4:28 >> Laat hij die steelt, niet langer stelen, maar laat
hij zich liever inspannen, met de eigen handen het goede bewerkend, opdat hij
[iets] heeft om mee te geven aan hem die gebrek heeft.
GW 4756 ≈≈
Jr 34:7 >> Terwijl de
strijdkrachten van de koning van Babel streden tegen Jeruzalem en tegen al de
steden van Juda die overgebleven waren, tegen Lachis en tegen
Azeka; want die, de versterkte steden, waren het die overgebleven
waren onder de steden van Juda.
En ook Dn
10:19 >> Toen zei hij: Wees
niet bevreesd, zeer begeerde man. Moogt gij vrede
hebben. Wees sterk, ja, wees sterk. En zodra hij
met mij sprak, verzamelde ik mijn krachten en zei ten slotte: Laat mijn heer
spreken, want gij hebt mij gesterkt.
Jesaja
3
GW
8009 ≈≈ Lk 4:26 >> En tot niemand van
hen werd Elia gezonden dan naar Sarepta
van Sidon, tot een vrouw, een weduwe.
Voor
de huidige toepassing, zie >> Elia, een mens van dezelfde gevoelens als wij.
In
Jesaja 3 kondigt YHWH Elohim voor onze tijd, met name
voor de 70ste Jaarweek, aan dat velen die in het verleden - en ook nog tot in
tijden die betrekkelijk kort achter ons liggen – als gerespecteerde personages
golden op allerlei terreinen van het leven, door een opkomende, strijdlustige
jeugd naar de achtergrond zullen worden gedrongen. Ja, erger nog, zij zullen
door die ‘betwetende’ jongeren veracht worden, in de
mening verkerend dat juist die ‘experts’ hun toekomst geruïneerd hebben door
zaken als milieuvervuiling, klimaatontwrichting, etc!
Plus
vers 4 >>
GW 8009 + 2811 = 10820 ≈≈ Hn 16:23 [als
het gepeupel de vrije hand wordt gelaten] >> Na hun vele slagen
te hebben toegediend, wierpen zij hen in de gevangenis en gaven de
gevangenbewaarder bevel hen zorgvuldig te bewaken.
Plus
vers 5 >>
GW
10820 + 2679 = 13499 ≈≈ Op 9:5 >> En
het werd hun [de demonische sprinkhanen die in de Eindtijd tijdelijk
bevrijd worden uit Tartarus] niet gegeven hen [de mensen die het zegel van God
niet op hun voorhoofden hebben] te doden, maar vijf
maanden te pijnigen en hun pijniging als pijniging van een schorpioen wanneer
hij een mens slaat.
Zie
Openbaring 9.
Plus
vers 6 >>
GW
13499 + 4436 = 17935 ≈≈ Hb 7:5 >> En zij die uit de zonen van Levi
het priesterambt ontvangen, hebben weliswaar het gebod om naar de Wet tienden
te heffen van het volk - dat is van hun broeders - hoewel zij uit de lende van
Abraham zijn voortgekomen.
Zie
het commentaar op Hebreeën 7.
GW
7667 ≈≈ Ez 9:6 >> Grijsaard, jongeling en maagd en klein kind en vrouwen
moeten jullie doden — ten verderve. Maar nadert
geen enkele man op wie het kenteken is, en bij mijn heiligdom moeten jullie
beginnen. Dus begonnen zij bij de oudsten die vóór het Huis waren.
GW
10346 ≈≈ Mt 27:51 >> En zie! het gordijn van het
heiligdom scheurde van boven tot onder in tweeën, en de aarde beefde, en de
rotsen spleten vaneen.
In
de 70ste Week dienen oprechte Joodse mensen dáárop acht te slaan! En bijgevolg
Yeshua erkennen, zowel als hun ware Masjiach als hun Loskoper van de dood. Hij die zijn ziel gaf in ruil voor velen. (Mt 20:28).
GW
5986 ≈≈ Gn 22:3 >> Abraham stond dus ’s morgens vroeg op en zadelde zijn
ezel en nam twee van zijn bedienden en zijn zoon Isaäk met zich mee; en
hij kloofde het hout voor het brandoffer. Toen stond hij op
en begaf zich op weg naar de plaats die God hem genoemd had.
En
Jz 2:13 >> Dat jullie mijn
vader en mijn moeder en mijn broers en mijn zusters en allen die bij hen horen,
in leven laten, en onze ziel van de dood bevrijden.
Js
3:8
|
Want
Jeruzalem is gestruikeld, en Juda is gevallen, omdat hun tong en hun
handelingen tegen YHWH zijn, om de ogen van zijn heerlijkheid te tergen.
|
2755
|
Js
3:9
|
Hun
onbeschaamdheid getuigt tegen hen, en hun zonde als die van Sodom verkondigen zij onverholen. Wee hun ziel! Want zij
berokkenen zichzelf onheil.
Jr
13:14 [eveneens met GW 3038] toont Elohim’s gerechte reactie op zulke
onbeschaamdheden >>
En
ik wil hen te pletter slaan, de een tegen de ander,
vaders en zonen terzelfder tijd, luidt het woord van YHWH. Ik zal geen
mededogen tonen, noch sparen, noch barmhartig zijn, dat ik hen niet zou
verderven.
|
3038
|
Js
3:10
|
Zegt
dat het goed zal gaan met de rechtvaardige, want de vrucht van hun daden
zullen zij eten.
Deze
waarheid wordt krachtig bevestigd ivm ‘de man Job’.
In
Job 42:17 [ook met GW 1110] lezen we immers >>
En ten slotte stierf Job, oud en verzadigd van
dagen.
|
1110
|
GW
6903 ≈≈ Mt 14:29 >> Hij zei:
Kom! En nadat Petrus uit de boot was gestapt liep hij op het water en kwam
naar Yeshua toe.
En
1Tm 2:6 >> Die [Masjiach Yeshua] zichzelf gaf als
overeenkomende losprijs ten behoeve van allen, het getuigenis voor specifieke
tijdperken.
Jesaja
4
GW
8425 ≈≈ Lk 8:50 >> Maar Jezus, [dit] horend, antwoordde hem:
Wees niet bevreesd, geloof alleen en zij zal gered worden.
En
Hb 6:12 >> opdat jullie niet traag worden maar navolgers van hen die door
geloof en geduld de beloften beërven.
Plus
GW
12286 ≈≈ Mt 13:43 >> In die tijd zullen de rechtvaardigen zo
helder schijnen als de zon in het koninkrijk van hun Vader. Wie oren
heeft, hij luistere.
GW
7268 ≈≈ Mt 2:14 >> Hij stond derhalve op en nam het jonge
kind en zijn moeder ’s nachts mee en trok weg naar Egypte.
GW
5273 ≈≈ Rc 6:28 >> Toen de mannen van de stad als gewoonlijk
’s morgens vroeg opstonden, zie! daar was het altaar van Baäl afgebroken,
en de heilige paal die ernaast stond, was omgehakt, en de tweede jonge
stier was op het altaar dat er was gebouwd, geofferd.
En
1Kn 10:2 >> Ten slotte arriveerde zij te Jeruzalem met een zeer
indrukwekkend gevolg, kamelen die beladen waren met
balsemolie en zeer veel goud en edelstenen; en zij kwam vervolgens bij
Salomo en sprak toen tot hem alles wat haar na aan het hart lag.
Jesaja
8
GW
9259 ≈≈ Lk21:25 >> En er zullen tekenen zijn in zon en maan
en sterren, en op de aarde beklemming der natiën, in verbijstering vanwege
rumoer van zee en branding.
Dus
duidelijk Eindtijdgericht!
Zie
ook de studie De Steen.
GW
6481 ≈≈ Jh 3:6 >> Wat uit het vlees is geboren, is vlees, en
wat uit de geest is geboren, is geest.
De
bekende, noodzakelijke wedergeboorte welke Israël als natie nog moet ervaren in
de Eindtijd.
Nikodemus,
een Farizeeër en regeerder onder de Joden, kende dienaangaande niet echt goed
zijn Bijbel!
Vroeg
in zijn bediening bracht Yeshua, tijdens zijn nachtelijk onderhoud met
Nikodemus, de leer der wedergeboorte ter sprake. In Jh 3:1-10 kunnen we
daarover nog steeds het nodige lezen. En we stellen daarbij vast dat Yeshua de
Joden toen al wees op de noodzaak van wedergeboorte of wederverwekking ten
einde het Messiasrijk te kunnen binnengaan, of te beërven:
Nu
was er een mens uit de Farizeeën, zijn naam was Nikodemus, een overste der
Joden; deze kwam 's nachts bij hem en zei tot hem: "Rabbi, wij weten dat
jij van God bent gekomen als leraar; want niemand kan deze tekenen doen die jij
doet, tenzij God met hem is". Ten antwoord zei Yeshua tot hem:
"Voorwaar, voorwaar, ik zeg je: indien iemand niet van boven verwekt
wordt, kan hij het koninkrijk Gods niet zien". Nikodemus zei tot hem:
"Hoe kan een mens verwekt worden als hij oud is? Hij kan toch niet een
tweede maal in de schoot van zijn moeder ingaan en geboren worden?" Yeshua
antwoordde: "Voorwaar, voorwaar, ik zeg je: indien iemand niet verwekt
wordt uit water en geest, kan hij niet binnengaan in het koninkrijk van God.
Wat uit het vlees verwekt is, is vlees; en wat uit de geest verwekt is, is
geest. Verwonder je niet dat ik tot je zei: Jullie moeten van boven verwekt
worden".
(Jh 3:1-7)
Zoals
we verderop in dat verslag lezen moest Yeshua Nikodemus terechtwijzen aangezien
hij, een leraar van Israel, niet bekend bleek te zijn met het profetische Woord
waarin die noodzaak tot wederverwekking al veel eerder was vastgelegd. Zoals
bijvoorbeeld in Ez 36:22-28 (wv78-95) >>
Zeg
daarom tegen het volk van Israël: "Zo spreekt YHWH de Heer: Ik ga
ingrijpen, doch niet omwille van u, maar omwille van mijn heilige naam, die
door u geschonden is bij de volken waar u terechtgekomen bent. Ik zal voor mijn
grote naam, die geschonden is onder de volken, die u bij hen geschonden hebt,
weer eerbied afdwingen. Door u zal ik aan de volken tonen dat ik de Heilige
ben; zo zullen ze erkennen dat ik YHWH ben – godsspraak van YHWH de Heer. Ik
zal u terugvoeren uit de volken, u samenbrengen uit alle landen en u leiden
naar uw eigen grond. Ik zal u met zuiver water besprenkelen en u zult rein
worden van al uw oneerlijkheid en van al uw afgoderij zal ik u reinigen. Ik zal
u een nieuw hart geven en een nieuwe geest in u uitstorten; ik zal het stenen
hart uit uw lichaam verwijderen en u een hart van vlees geven. Mijn geest zal
ik in u uitstorten en ik zal ervoor zorgen dat u mijn wetten nakomt en mijn
voorschriften nauwkeurig onderhoudt. U zult wonen in het land dat ik aan uw
vaderen gegeven heb; u zult mijn volk zijn en ik zal uw God zijn.
GW
8261 ≈≈ Jh 1:4 >> In hem was leven, en het leven was het
licht der mensen.
Mashiach
Yeshua is weer de centrale figuur. In Hebreeën 2:11-13 wijst de geïnspireerde
schrijver op een intieme relatie tussen Yeshua en zijn Joodse broeders. Aldus:
Want zowel hij die heiligt als zij die geheiligd
worden, [stammen] allen uit één [Yeshua; op grond van zijn
offerdood]; om welke reden hij zich niet schaamt hen broeders te noemen.
Ten
einde in Gods voornemen de redding van zijn (Joodse) broeders te bewerken en
hen tot heerlijkheid te leiden - d.i. hen tot een positie van uitnemendheid als
Gods zonen te brengen - moeten zij geheiligd worden.
In
het bijzonder in de Eindtijd zal het volk Israël voor een beslissende keuze
worden geplaatst: Opteren zij voor hun Joodse broeder bij uitnemendheid, Yeshua
Mashiach, of voor zijn demonische tegenstanders, met name voor de fake
Mashiach, de demonische Antimashiach?
Zie
>> Het Joodse voorrecht.
Js
8:19
|
En
ingeval men tot jullie zou zeggen: Wendt je tot de spiritistische
mediums of tot hen die een voorspellende geest hebben, die daar piepen en op
gedempte toon iets uitbrengen — zal een volk zich niet tot zijn God
wenden? Voor de levenden tot de doden?
GW
3543 is ook die van 2Kn 1:8, waar we over de profeet Elia lezen >>
Zij
dan zeiden tot hem: Een man in het bezit van een haren kleed, met een leren
gordel om zijn lendenen gegord. Onmiddellijk zei hij: Het was Elia, de
Tisbiet.
Elia,
en zijn opvolger Elisa, werden in hun dagen zwaar geconfronteerd met de
ontaarde Baälaanbidding.
Zie
de studie >> Elia, een mens van dezelfde gevoelens als wij.
Met
name ook het gedeelte >> Jehu en Jonadab.
Op
de Karmel, ten tijde van de vuurproef door Elia, luidde de
strijdvraag: Wie is de ware God? YHWH of Baäl? Maar in
de Elisafase kwam elke individuele Israëliet in beeld: Was je een
aanbidder en dienaar van YHWH, of misschien toch van Baäl? Gen
enkele Israëliet kon onder die strijdvraag vandaan; elkeen moest
zich dienaangaande openlijk identificeren!

De
aanbidders van Baäl werden door Jehu, in het gezelschap
van Jonadab, heel specifiek daartoe gedwongen: Getooid in hun speciale
kledij het Huis van Baäl binnengaan en aan de gebruikelijke
ceremoniën deelnemen. Maar Jehu’s bevel aan zijn manschappen
luidde: Slaat hen neer! Laat er niet één uitgaan.
Bijgevolg
ontkwam geen enkele aanbidder van Baäl aan de dood
en Baäls Huis werd afgebroken. Aldus verdelgde Jehu Baäl uit
Israël, lezen wij dan ook in het goddelijke verslag.
Uit
onze context blijkt dat zich in de Eindtijd binnen Israëls religieuze
gemeenschap wederom een uitbarsting zal voordoen van een met de vroegere
Baalcultus te vergelijken afgodische eredienst.
Hoe
kan dat gebeuren? Omdat men binnen het orthodox judaïsme onveranderlijk
afkerig zal blijven van Yeshua als hun ware Masjiach. Het gevolg zal zijn dat
zij ‘slachtoffer’ zullen worden van de demonische Antimasjiach.
Zie
de gematriastudies
Debacle
Derde tempel >>
n
Ezechiël 8 en 9
n
Jesaja 66
|
3543
|
Js
8:20
|
Tot
de wet en tot het formele getuigenis! Voorwaar, zij zullen blijven zeggen wat
overeenkomstig deze verklaring is, die geen licht van de dageraad zal hebben.
|
2840
|
GW
6383 ≈≈ Mt 20:33 >> Zij zeiden tot hem: Heer, laat onze ogen
geopend worden.
En
2Ko 6:1 >> Maar als medearbeiders roepen ook wij op om Gods liefderijke
gunst niet tevergeefs te ontvangen.
Alsook
Ef 4:19 >> Zij zijn degenen die zichzelf in hun zedelijke verdoving
hebben overgegeven aan de losbandigheid om in hebzucht allerlei onreinheid te
bedrijven.
GW
7197 ≈≈ Er 9:8 >> En nu is er voor een kort ogenblik gunst
gekomen van de zijde van YHWH, onze God, door voor ons ontkomenen over te laten
en door ons een pin te geven in zijn heilige plaats, om onze ogen te doen
stralen, o onze God, en om ons een kleine opleving te geven in onze
dienstbaarheid.
En
ook Jh 19:30 >> Toen Yeshua nu de zure wijn had ontvangen, zei hij: Het
is volbracht, en hij boog zijn hoofd en gaf [zijn] geest over.
Jesaja
16
GW
7173 ≈≈ Jh 20:8 >> Toen ging daarom ook de andere leerling,
die het eerst bij het graf was aangekomen, naar binnen, en hij zag en geloofde.
GW
7656 ≈≈ 2Pt 2:9 >> Dan weet de Heer godvruchtigen uit
beproeving te bevrijden [zoals in het geval van Lot], maar onrechtvaardigen te
bewaren voor een dag van oordeel om afgesneden te worden.
Jesaja
19
GW
9681 ≈≈ Mt 26:2 >> Jullie weten dat over twee dagen het
Pascha plaatsvindt, en de Mensenzoon overgeleverd moet worden om aan
een paal te worden gehangen.
En
ook 1Th 5:10 >> Want God bestemde ons niet tot gramschap maar tot
verkrijging van redding door onze Heer Jezus Messias, [10] die stierf ten
behoeve van ons opdat wij, hetzij wij waken hetzij slapen, tezamen met hem
zouden leven.
Vers
10 bevat opnieuw een verwijzing naar de Opname van Yeshua’s Gemeentelichaam;
zoals eerder in de verwante tekst 1Th 4:17.
Ná
die verdwijning van het aardse toneel - door de ‘wegrukking’ - zal die harde
meester [de Antichristelijke macht van de Eindtijd] zijn entree maken op het
wereldtoneel, afgebeeld door Egypte.
GW
8046 ≈≈ Mr 14:64 >> Jullie hebben de lastering gehoord. Wat
is jullie oordeel? Zij spraken allen het vonnis uit dat hij de dood
verdiende.
En
ook Jk 3:15 >> Dit is niet de wijsheid die van boven neerkomt, maar
aards, zinnelijk, demonisch.
GW
13297 ≈≈ Mr 7:3 >> Want de Farizeeën en alle Joden eten niet
zonder eerst hun handen tot aan de elleboog te hebben gewassen, daar zij
vasthouden aan de overlevering van de mannen uit vroeger tijden.
En
ook Jh 7:18 >> Wie uit zichzelf spreekt, zoekt zijn eigen heerlijkheid;
wie daarentegen de heerlijkheid zoekt van degene die hem zond, die is
waarachtig, en er is geen onrechtvaardigheid in hem.
GW
11016 ≈≈ 2Ko 9:14 >> En in hun smeking voor jullie verlangen
zij vurig naar jullie vanwege de allesovertreffende liefderijke gunst van God
over jullie.
GW
11147 ≈≈ Mt 5:35 >> [Zweren] noch bij de aarde, want ze is de
voetbank van zijn voeten; noch bij Jeruzalem, want dat is de stad van
de grote Koning.
En
ook Rm 3:22 >> Namelijk Gods rechtvaardigheid wegens getrouwheid van
Yeshua Masjiach voor allen die geloven; want er is geen onderscheid.
GW
8171 ≈≈ Jh 14:20 >> Op die dag zullen jullie weten dat
ik in mijn Vader ben en jullie in mij zijn en ik in jullie ben.
Eb
2Ko 1:16 >> En via jullie doorreizen naar Macedonië, en weer vanuit
Macedonië naar jullie toe komen, en door jullie op weg geholpen worden naar
Judea.
Het
slot van Jesaja 19 ziet er aldus uit >>
Js
19:22
|
En
YHWH zal Egypte stellig een slag toebrengen. Er zal een slag worden
toegebracht en een genezing zijn; en zij moeten terugkeren tot
YHWH, en hij moet zich door hen laten verbidden en hen genezen.
|
2914
|
Js
19:23
|
Op
die dag zal er een hoofdweg komen van Egypte naar Assyrië, en Assyrië
zal werkelijk in Egypte komen en Egypte in Assyrië; en zij zullen stellig
dienst verrichten, Egypte met Assyrië.
|
4731
|
Js
19:24
|
Op
die dag zal Israël de derde worden met Egypte en met Assyrië, namelijk
een zegen in het midden der aarde,
|
3081
|
Js
19:25
|
want
YHWH der legerscharen zal het gezegend hebben, doordat hij zal zeggen:
Gezegend zij mijn volk, Egypte, en het werk mijner handen, Assyrië, en
mijn erfdeel, Israël.
|
4250
|
Jesaja
27
Jesaja
27 moet wel bijzonder zijn op grond van Spaak 27 van het Bijbelwiel; t.w.
5 Deuteronomium ה 27
Daniël
49
Efeziërs
Vers
1, beginnend met Op die dag, grijpt duidelijk terug op wat direct voorafging in
hdst 26, t.w. Js 26:20 >>
Kom, mijn volk, ga in uw binnenkamers, en sluit uw deuren achter u; verberg u
een korte tijd, tot de gramschap over is. Want zie! YHWH komt uit zijn plaats
te voorschijn om de bewoner van het land rekenschap te vragen van diens
dwaling, en het land zal stellig zijn bloedvergieten aan het licht
brengen en het zal zijn gedoden niet langer bedekken.
Met de zeer korte tijd wordt gedoeld op de noodzaak dat het
Overblijfsel der Joden zich verbergt voor de oordeelsvoltrekking op Gods Grote
Dag. YHWH Elohim komt dan namelijk rekenschap vragen aan dat deel van het
Joodse volk dat zich in de Laatste dagen niet heeft laten vermurwen
zich gewonnen te geven aan hun eigen Masjiach, de ware: Yeshua.
Omdat
zij zullen kiezen voor de demonische Antichrist en hem ten einde toe zullen
aanhangen, brengt YHWH over die halsstarrigen wat zij volgens hun 'dwaling'
verdienen, te meer omdat er tijdens het schrikbewind van die Pseudomasjiach
rechtvaardig bloed zal worden vergoten. Die antichristelijke Macht zal onder
het zinnebeeld van Leviathan, de glijdende, kronkelende
slang zélf rechterlijke aandacht van de hemel krijgen. YHWH Elohim zal
met zijn hard, groot en sterk zwaard dat monster dat in de zee is ter dood
brengen.
Vergelijk Op
13:1-4, samen met 19:20.
Js
27:1
|
Op
die dag zal YHWH met zijn hard en groot en sterk zwaard zijn aandacht
richten op Leviathan, de glijdende slang, ja, op Leviathan, de kronkelende
slang, en hij zal het zeemonster dat in de zee is, stellig doden.
5576
≈≈ 1Tm 2:4 >> onze Redder God,
4 die
wil dat alle mensen worden gered en tot een grondige kennis der waarheid
komen.
|
5576
|
Js
27:2
|
Zingt
haar op die dag toe: Een wijngaard van mousserende wijn!
De
vv 1 + 2 >> 5576 + 548 = 6124 ≈≈ Ex 3:7 >> En YHWH
voegde eraan toe: Ontegenzeglijk heb ik de ellende van mijn volk, dat in
Egypte is, gezien, en ik heb hun luide geroep ten gevolge van degenen die hen
tot werken aandrijven, gehoord; want ik weet terdege wat voor smarten zij
lijden.
|
548
|
Js
27:3
|
Ik,
YHWH, beveilig haar. Elk ogenblik zal ik haar drenken. Opdat niemand zijn
aandacht tegen haar richt, zal ik haar zelfs nacht en dag beveiligen.
Israëls
Overblijfsel zal in de Tweede helft van de 70ste Jaarweek door YHWH, hun
Elohim, met grote geestelijke voorspoed gezegend worden. Niet onlogisch
uiteraard, aangezien dan de zegenrijke effecten van het Nieuwe Verbond in de
leden van die Rest tastbare werkelijkheid zullen worden. Hun geestelijk
arbeidsterrein zal dan de kenmerken vertonen van een zeer bloeiende wijngaard
van mousserende wijn, welke door YHWH Elohim zelf zowel beveiligd als
gedrenkt zal worden!
Een
en ander zien we terug in de gematria van de vv 1 + 2 + 3 >> 5576 + 548
+ 2163 = 8287 ≈≈ Tt 3:4 >> Maar toen de goedgunstigheid en
de mensenliefde van onze Redder, God, openbaar werd,
|
2163
|
Js
27:4
|
Geen
woede heb ik. Wie zal mij doornbossen [en] onkruid geven in de strijd?
Ik wil daarop stappen. Ik wil die tegelijkertijd in brand steken.
De
vv 2 + 3 + 4 >> 548 + 2163 + 3150 = 5861 ≈≈ Hn 21:17
>> Toen wij in Jeruzalem aankwamen, ontvingen de broeders ons met
vreugde.
|
3150
|
Js
27:5
|
Laat
hij anders mijn vesting aangrijpen, laat hij vrede met mij sluiten; vrede
sluite hij met mij.
De
vv 2 + 3 + 4 + 5 >> 548 + 2163 + 3150 + 1869 = 7730 ≈≈ Js
51:6 >> Heft jullie ogen naar de hemel zelf, en ziet naar de
aarde beneden. Want zelfs de hemel moet in flarden uiteenvallen net als rook,
en als een kleed zal de aarde zelf verslijten, en haar bewoners zelf zullen
sterven als louter een mug. Maar wat mijn redding betreft, die zal zelfs tot
onbepaalde tijd blijken te zijn, en mijn rechtvaardigheid zal niet verbroken
worden.
|
1869
|
Js
27:6
|
In
de komende [dagen] zal Jakob wortel schieten, Israël bloesems dragen en
werkelijk uitspruiten; en zij zullen de oppervlakte van het productieve land
eenvoudig met opbrengst vullen.
De
vv 3 + 4 + 5 + 6 >> 2163 + 3150 + 1869 + 3203 = 10385 ≈≈
2Kr 13:11 >> En elke ochtend en elke avond laten zij voor YHWH
brandoffers in rook opgaan, alsook welriekend reukwerk; en de stapels brood
zijn op de tafel van zuiver [goud], en de gouden lampenstandaard is er
en zijn lampen, om elke avond te ontsteken; want wij nemen de plicht jegens
YHWH, onze God, in acht, maar jullie hebben hem verlaten.
De
vv 5 + 6 >> 1869 + 3203 = 5072 ≈≈ 1Kr 21:23 >> Toen
zei David tot Ornan: Geef mij toch de plaats van de dorsvloer, opdat ik
daarop een altaar voor YHWH kan bouwen. Geef ze mij voor het volle
geldbedrag, opdat de gesel over het volk gestuit moge worden. [23]
Maar Ornan zei tot David: Neem die voor u, en laat mijn heer de koning doen
wat goed is in zijn eigen ogen. Zie, ik geef werkelijk de runderen voor
brandoffers en de dorsslede voor het hout en de tarwe als graanoffer.
Werkelijk, dat alles geef ik.
Alsook
Js 66:24 >> En zij zullen werkelijk naar buiten gaan [tijdens het
Millenniumrijk van de Masjiach] en de lijken aanschouwen van de mannen die
tegenover mij overtredingen begingen; want de wormen zelf op hen zullen niet
sterven en hun vuur zelf zal niet uitgeblust worden, en zij moeten iets
weerzinwekkends voor alle vlees worden.
|
3203
|
Js
27:7
|
Moet
men hem slaan als met de slag van iemand die hem sloeg? Of moet hij worden
gedood als met de slachting van zijn gedoden?
|
1293
|
Js
27:8
|
Met
een schrikaanjagende kreet zult gij met haar twisten wanneer gij haar
wegzendt. Hij moet [haar] verdrijven door zijn harde wind op de dag van de
Oostenwind.
|
1998
|
Js
27:9
|
Daarom
zal hierdoor de dwaling van Jakob worden verzoend, en dit is de ganse vrucht
[wanneer] hij zijn zonde wegneemt, wanneer hij alle altaarstenen maakt gelijk
verpulverde kalkstenen, zodat de heilige palen en de reukwerktafels niet
zullen verrijzen.
De
vv 6 + 7 + 8 + 9 >> 3203 + 1293 + 1998 + 4543 = 11037 ≈≈ Mt
11:21 >> Wee u, Chorazin! Wee u, Bethsaïda!, want indien de krachtige
werken die in jullie zijn geschied, in Tyrus en Sidon waren geschied,
zouden ze reeds lang geleden in zak en as berouw hebben gehad.
|
4543
|
Js
27:10
|
Want
de versterkte stad zal eenzaam zijn, de weidegrond aan zichzelf overgelaten
en verlaten als een wildernis. Daar zal het kalf weiden, en daar zal het zich
neerleggen; en hij zal werkelijk haar grote takken verteren.
|
3125
|
Js
27:11
|
Wanneer
haar takjes zijn verdord, zullen vrouwen die er komen, [ze] afbreken [en] ze
aansteken. Want het is geen volk met een scherp verstand. Daarom zal zijn
Maker het geen barmhartigheid betonen, en zijn eigen Formeerder zal het geen
gunst betonen.
De
vv 10 +11 >> 3125 + 5568 = 8693 ≈≈ Nm 13:32 >> En zij
bleven tegenover de zonen van Israël een slecht bericht uitbrengen over het
land dat zij hadden verspied, door te zeggen: Het land dat wij zijn
doorgetrokken om het te verspieden, is een land dat zijn bewoners verslindt;
en al het volk dat wij in het midden ervan hebben gezien, bestaat uit mannen
van buitengewone afmetingen.
Een
herhaling van zetten in de Eindtijd?
|
5568
|
Js
27:12
|
En
het moet geschieden op die dag, dat YHWH [de vrucht] zal afslaan, vanaf de
snelvlietende stroom van de Rivier tot het stroomdal van Egypte, en zo zullen
jullie zelf de een na de ander worden bijeengeraapt, o zonen van
Israël.
|
3381
|
Js
27:13
|
En
het moet geschieden op die dag, dat er op een grote hoorn geblazen zal
worden, en degenen die in het land Assyrië dreigen om te komen en de
verdrevenen in het land Egypte zullen stellig komen en zich
neerbuigen voor YHWH op de heilige berg te Jeruzalem.
De
vv 12 + 13 >> 3381 + 4976 = 8357 ≈≈ Fp 2:9 >>
Daarom
ook verhief God hem hoog en gaf hem goedgunstig de naam die boven elke naam
is,
10
opdat in de naam van Yeshua elke knie zich zou buigen van hen die in de hemel
en van hen die op de aarde en van hen die onderaards zijn,
11
en elke tong openlijk zou belijden dat Yeshua Masjiach Heer is, tot
heerlijkheid van God de Vader.
|
4976
|
Jesaja
45
GW
14348 ≈≈ Mr 6:33 >> Maar de mensen zagen hen gaan en velen
kwamen het te weten, en uit alle steden snelden zij gezamenlijk te voet
daarheen en kwamen er nog eerder dan zij.
Markus
beschrijft de actie van veel leergierige Joden die in de Eerste eeuw hun
Masjiach Yeshua van nabij wilden ervaren. In het volgende vers lezen we hoe
Yeshua zelf op hen reageerde: Toen hij uitstapte, zag hij dan ook een grote
schare, maar hij werd met medelijden jegens hen bewogen, omdat zij als schapen
zonder herder waren. En hij begon hun vele dingen te leren.
Js
45:1
|
Dit
heeft YHWH tot zijn gezalfde, tot Cyrus, gezegd, wiens rechterhand ik
heb gevat om voor hem uit natiën te onderwerpen, zodat ik zelfs de
heupen van koningen kan ontgorden; om voor hem uit de deuren met dubbele
vleugels te openen, zodat zelfs de poorten niet gesloten zullen zijn:
|
6109
|
Js
45:2
|
Ikzelf
zal voor u uit gaan, en de bodemverheffingen zal ik effenen. De
koperen deuren zal ik verbreken en de ijzeren grendels stukslaan.
|
3345
|
Js
45:3
|
En
ik wil u de schatten in de duisternis geven en de verborgen schatten in
de schuilplaatsen, opdat gij moogt weten dat ik YHWH ben, die bij uw naam
roept, de God van Israël.
|
4894
|
Js
45:4
|
Ter
wille van mijn knecht Jakob en van Israël mijn uitverkorene ben ik er
zelfs toe overgegaan u bij uw naam te roepen; ik gaf u voorts een erenaam,
ofschoon gij mij niet kende.
|
2627
|
GW
16975 ≈≈ 2Ko 9:12 ≥ Want de bediening van deze openbare
dienst voorziet niet alleen in de tekorten der heiligen, maar is ook
overvloedig door veel dankzeggingen aan God.
GW
9165 ≈≈ Jh 20:6 >> Toen kwam ook Simon Petrus, die hem
volgde, en hij ging het herinneringsgraf binnen. En hij zag de windsels liggen.
Js
45:5
|
Ik
ben YHWH, en er is geen ander. Behalve mij is er geen God. Ik zal u vast
omgorden, ofschoon gij mij niet hebt gekend,
|
1644
|
Js
45:6
|
opdat
men weet van de opgang der zon en van haar ondergang, dat er niemand is
buiten mij. Ik ben YHWH, en er is geen ander.
|
2099
|
Js
45:7
|
Die
het licht formeert en de duisternis schept, die vrede maakt en
rampspoed schept, ik, YHWH, doe al deze dingen.
|
2840
|
Js
45:8
|
O GIJ hemelen,
laat het druipen van boven, en de wolkenhemel zelf druppele van
rechtvaardigheid. De aarde opene zich en zij vruchtbaar met redding, en
dat ze tevens rechtváárdigheid doe ontspruiten. Ikzelf, YHWH, heb
hem geschapen.
|
4994
|
GW
11577 ≈≈ Lk 4:25 ≥ Doch ik zeg jullie naar waarheid: Er waren
vele weduwen in de dagen van Elia in Israël, toen de hemel drie jaar en zes
maanden gesloten was, zodat er grote hongersnood kwam over heel het land.
Js
45:6
|
Opdat
men weet van de opgang der zon en van haar ondergang, dat er niemand is
buiten mij. Ik ben YHWH, en er is geen ander.
|
2099
|
Js
45:7
|
Die
het licht formeert en de duisternis schept, die vrede maakt en rampspoed
schept. Ik, YHWH, doe al deze dingen.
|
2840
|
Js
45:8
|
O GIJ hemelen,
laat het druipen van boven, en de wolkenhemel druppele van rechtvaardigheid.
De aarde opene zich en zij vruchtbaar met redding, en dat ze tevens
rechtváárdigheid doe ontspruiten. Ikzelf, YHWH, heb het geschapen.
|
4994
|
GW
9933 ≈≈ Es 2:12 >> En wanneer de beurt van iedere jonge vrouw
kwam om bij koning Ahasveros te komen, nadat het haar gedurende twaalf maanden
naar de verordening voor de vrouwen was geschied — want zo werden de dagen
van hun massageprocedure geleidelijk vervuld, zes maanden met mirreolie en zes
maanden met balsemolie en met de massages der vrouwen —
En
ook Mt 6:7 >> Als jullie echter bidden, zegt dan niet steeds
weer dezelfde dingen, zoals de mensen van de Heidenvolken doen, want zij menen
dat zij door veel woorden te gebruiken, verhoord zullen worden.
GW
9921 ≈≈ Lk 22:50 >> En één van hen [Petrus] sloeg de slaaf van
de hogepriester en hieuw zijn rechteroor af.
GW
13107 ≈≈ Op 1:6 ≥ En hij maakte ons een koninkrijk, priesters
voor zijn God en Vader − aan hem de heerlijkheid en de macht tot in de
eeuwen! Amen!
GW
7546 ≈≈ Lk 2:40 ≥ Het jongetje nu groeide op en verwierf kracht,
werd met wijsheid vervuld; en Gods gunst was op hem.
En
1Th 3:3 ≥ dat niemand aan het wankelen gebracht zou worden in deze
verdrukkingen. Want jullie weten zelf dat we daartoe bestemd zijn.
Js
45:13
|
Ikzelf
heb iemand verwekt in rechtvaardigheid, en al zijn wegen zal ik recht maken.
Hij is het die mijn stad zal bouwen, en de mij toebehorenden die in
ballingschap zijn, zal hij laten gaan, niet voor een prijs, noch
voor steekpenningen, heeft YHWH der legerscharen gezegd.
|
4360
|
Js
45:14
|
Dit
heeft YHWH gezegd: De onbetaalde arbeiders van Egypte en de kooplieden
van Ethiopië en de Sabeeërs, rijzige mannen, ja, zij zullen zelfs tot u
overkomen, en de uwe zullen zij worden. Achter u zullen zij lopen; in
boeien zullen zij overkomen, en voor u zullen zij zich neerbuigen. Tot u
zullen zij bidden: Waarlijk, God is in u, en er is geen ander; er is geen
[andere] God.
|
5013
|
GW
9373 ≈≈ 1Tm 3:12 ≥ Dienaren moeten mannen van één vrouw zijn
die goed leiding geven aan kinderen en hun eigen huis.
Jesaja
53
GW
8240 ≈≈ Dn 9:12 >> Vervolgens heeft hij zijn woorden gestand
gedaan die hij tegen ons en tegen onze rechters die ons richtten, gesproken
had, door over ons grote rampspoed te brengen, zodat er zich onder de ganse
hemel niet iets dergelijks heeft voorgedaan als zich in Jeruzalem voorgedaan
heeft [in 587 v.Chr.].
Een
rampspoed die in het jaar 70 AD nog overtroffen zou worden.
GW
10245 ≈≈ Hn 2:28 >> Gij maakte mij wegen des levens bekend;
gij zult mij met vrolijkheid vervullen met uw aangezicht.
Ook
Hn 21:7 >>
En
2Jh 1:10 >> Indien iemand tot jullie komt en deze leer niet brengt,
ontvangt hem niet in huis en zegt niet tot hem: Het ga je goed!
GW
6338 ≈≈ Jr 15:2 >> En het moet geschieden dat als zij soms
tot u zeggen: Waar zullen wij heen gaan?, gij dan tot hen moet zeggen: Dit
heeft YHWH gezegd: „Wie voor de dodelijke plaag is, naar de dodelijke plaag! En
wie voor het zwaard is, naar het zwaard! En wie voor de hongersnood is, naar de
hongersnood! En wie voor de gevangenschap is, naar de gevangenschap! [Context
Jr 15:1 >> Toen zei YHWH tot mij: Al stonden Mozes en
Samuël voor mij, mijn ziel zou zich niet tot dit volk neigen. Zij zouden
van voor mijn aangezicht worden weggezonden, opdat zij zouden heengaan.
Vergelijk Ez 14:6-23]
En
o.a. ook Ez 17:24 >> En al de bomen van het veld zullen moeten weten dat
ikzelf, YHWH, de hoge boom heb vernederd, de lage boom heb verhoogd, de nog
vochtige boom heb doen verdorren en de dorre boom heb doen bloeien. Ikzelf,
YHWH, heb gesproken en heb gedaan.
Js
53:9
|
Men
zal zijn grafstede zelfs bij de goddelozen stellen, en bij een rijke in zijn
dood, ondanks het feit dat hij geen geweld had gepleegd en er geen bedrog in
zijn mond was.
|
4274
|
Js
53:10
|
Maar
het was YHWH die er behagen in schepte hem te verbrijzelen; hij maakte hem
ziek. Indien gij zijn ziel tot een schuldoffer zult stellen, zal hij zijn
nageslacht zien, zal hij dagen verlengen, en in zijn hand zal hetgeen het
welbehagen van YHWH is,
gelukken.
|
3066
|
Js
53:11
|
Wegens
de moeite van zijn ziel zal hij zien, hij zal verzadigd worden. Door het
kennen van hem zal de rechtvaardige, mijn knecht, velen in een
rechtvaardige positie brengen; en hun dwalingen zal hijzelf
torsen.
|
3168
|
Js
53:12
|
Om
die reden zal ik hem een deel geven onder de velen, en met de machtigen zal
hij de buit verdelen, ten gevolge van het feit dat hij zijn ziel zelfs in de
dood heeft uitgestort en onder de overtreders werd geteld; en hijzelf droeg
van velen de zonde, en voor de overtreders ging hij bemiddelen.
|
6601
|
GW
17109 ≈≈ Lk 13:4 >> Of die achttien op wie de toren in Siloam
viel en hen doodde, menen jullie dat zij grotere schuldenaars waren dan alle
[andere] mensen die in Jeruzalem wonen?
Jesaja
66
GW
13675 ≈≈ Lk 11:49 >> Daarom ook heeft de wijsheid Gods
gezegd: Ik zal tot hen profeten en apostelen zenden, en sommigen van hen zullen
zij doden en vervolgen. v 50 >> opdat het bloed van alle profeten, dat
vergoten is van de grondlegging der wereld af, wordt geëist van dit geslacht.