Henoch
And Enoch lived sixty and five years, and begat Methuselah: |
||
And Enoch walked with God after he begat Methuselah three hundred years, and begat sons and daughters: |
||
And all the days of Enoch were three hundred sixty and five years: |
||
And Enoch walked with God: and he was not; for God took him. |
GW 12137 >> Hb 6:7 >> Want grond die de dikwijls daarop komende regen dronk en gewas voortbrengt, nuttig voor hen omwille van wie hij ook wordt bebouwd, krijgt zegen van God mee;
En dat binnen deze context >> Vers 8 maar brengt hij dorens en distels voort, [dan is hij] onbruikbaar en vervloeking nabij; het einde ervan verbranding. Vers 9 Maar, geliefden, ook al spreken wij aldus, wij zijn wat jullie betreft overtuigd van de betere dingen en van die welke met redding te maken hebben.
Over Henoch lezen we in Hb 11:5 >>
In geloof werd Henoch overgebracht om [de] dood niet te zien, en hij werd nergens gevonden, omdat God hem overbracht. Want vóór de overbrenging heeft hij getuigenis ontvangen dat hij aan God welgevallig was.
Dus zonder de dood te hoeven smaken werd Henoch overgebracht. Waar naar toe?
In zijn situatie kennelijk naar het moment van zijn opstanding, de opstanding der rechtvaardigen, welke tevens een opstanding des levens is (Hn 24:15; Jh 5:29).
Wanneer Henoch tot (blijvend) leven op aarde terugkeert, zal hij dat ervaren alsof er geen onderbreking in zijn levensloop had plaatsgevonden.
Maar wat Henoch ervoer vormt in zekere zin tevens een heenwijzing naar wat Jezus’ Gemeentelichaam tijdens zijn paroesie zal ervaren, althans van die leden die tot in zijn paroesie in leven zijn gebleven. Die laatste generatie zal dan plotseling voor de mensen die op aarde achterblijven onvindbaar zijn.
In dat opzicht delen zij zeker de ervaring van Henoch. Toen God hem wegnam (M), of overbracht (LXX), werd hij nergens gevonden. Blijkbaar hebben de mensen in Henochs omgeving enige tijd naar hem gezocht.
Zonder de dood te zien - of die te 'smaken' - zullen ook de laatste leden van Jezus' Gemeentelichaam worden 'overgebracht'. In een ondeelbaar ogenblik. Vergelijkbaar met een knippering van het oog, zullen zij van het ene moment op het andere van natuur veranderd worden (1Ko 15:51-52).